Tijdens bijeenkomsten vraag ik of mensen suggesties op papier willen zetten. Hier een eerste lichting:

Geestelijke gezondheid in het kader van het Nieuwe Plan van de Arbeid anno 2023

We wonen in Nederland waarschijnlijk op een van de beste plekken van de wereld. Veel is in orde. Tegelijkertijd zijn er veel mensen

depressief, de burnoutcijfers zijn torenhoog, ik meen veel mensen te zien die zich niet lekker, boos en ontevreden voelen.

Met de wereld gaat het enerzijds op tal van fronten beter dan ooit.

Toch zijn er talloze zorgwekkende ontwikkelingen.

Mensen maken zich zorgen, apathie en cynisme dreigen zich meester over ons te maken.

Daar zijn de mensen niet mee geholpen. En de wereld wordt daar niet beter van.

Er zijn teveel mensen die op een of andere manier niet meedoen.

Mensen die niet mee kunnen doen of willen doen. Mensen die zich niet betrokken voelen of  betrokken worden.

Uiteraard zijn er veel mensen die we er op aan kunnen kijken dat ze niet meedoen, die lui zijn en zich onverantwoordelijk gedragen.

Toch zou het te kort door de bocht zijn als we dit louter als een individueel probleem zouden bekijken.

Ik denk dat het een symptoom is van de maatschappij die we met zijn allen hebben gecreëerd.

Ik heb me afgevraagd wat mensen voor hun geestelijke gezondheid nodig hebben als het om arbeid gaat.

Wat hebben mensen nodig om geestelijk gezond te zijn?

- Een mens wil gehoord en gezien worden.

- Een mens wil gewaardeerd worden.

- Een mens wil erbij horen en meedoen.

- Een mens wil iets bijdragen.

- Een mens wil voldoening ervaren van zijn/haar inzet.

Ik zie een geestelijk gezonde maatschappij met gezonde mensen voor me waar mensen het gevoel hebben mee te doen.

Met mensen die zich betrokken voelen. En zich daarmee ook verbonden en verantwoordelijk voelen.

Mensen die werk uitvoeren dat er toe doet. Omdat dat werk zinvol is en iets bijdraagt.

Aan het geheel, de buurman of vrouw, de school, de wijk, etc..

Werk, inspanning, inzet (arbeid) die betaald kan zijn, als uitdrukking van waardering.

Maar ook inspanningen (arbeid) die niet betaald worden.

Werk dat we graag willen doen omdat we ons betrokken voelen op elkaar en de wereld.


Ik zie wereldburgerschap voor me waarin we niet denken in louter ik-termen, maar in wij-termen.

Waarin we ons samen realiseren voor een klus te staan.
Want samen maakt ons gelukkiger dan alleen. Samen maakt ons ook gezonder. En samen kunnen we veel meer.

We krijgen veel meer voor elkaar.


Maar op een of andere manier zijn we uit elkaar gespeeld. Ik zie de kapitalistische constructie als hindernis.

De markteconomie waarin het teveel om eigenbelang is gaan draaien.

Waarin kengetallen, winst en geld de belangrijkste factoren zijn geworden.

Er is een te groot verschil tussen de geldbezitters die de macht hebben en de gewone burger. De consument.

Dat zet aan tot veel boosheid.

Mensen hebben het gevoel gereduceerd te zijn tot goedkope werkkracht wiens geluk ondergeschikt is aan het productieproces.

Dat maakt moedeloos, boos en apathisch.
Dat moet anders.


De “wat”-vraag heb ik hiermee grotendeels geschetst.

Maar “hoe” komen we bij die samenleving waarin we in onderlinge saamhorigheid, betrokkenheid,

doordrongen van het besef samen, met elkaar voor een klus te staan, bereid zijn met elkaar de mouwen op te stropen?


Hoe komen we daar?

Revolutie met veel bloedvergieten?

Mijn cynisme zit me in de weg. Ik zie veel mensen die het voor het zeggen hebben teveel met hun eigenbelang bezig.

En ze hebben veel te verliezen (geld en macht). De kunst zal het zijn hen te inspireren. We hebben hen nodig.

We moeten hen gemotiveerd zien te krijgen.

Hen duidelijk zien te maken dat hun rijkdom en macht ook hen minder gelukkig maakt dan in verbondenheid te leven.
Ik zie de wereld nog erg verdeeld. Afrika doet nog helemaal niet mee. Terwijl we alles in huis hebben om hen ook te betrekken.

Symptomatisch lijkt me.

Ik denk dat we moeten zoeken naar manieren om de mensheid te overtuigen dat Afrika helpen hetzelfde is als onszelf helpen.

We moeten ervan overtuigd raken dat we elkaar nodig hebben. Een plan moet dan ook de volgende aspecten hebben:

1. Herverdeling van het geld en de macht

2. Een economie die niet primair gericht is op geldgewin en winsten, maar op sustainability, gezondheid en geluk

3. Opvoeding tot, onderwijs in, ontwikkeling van wereldburgerschap

4. In ons bewustzijn een omslag maken van een ik-gerichte houding naar wij-denken:

Een besef ontwikkelen van solidariteit, verbondenheid en gezamenlijke verantwoordelijkheid

5. Een diep doordrongen overtuiging dat die wereld plichten met zich meebrengt naast of i.p.v. louter rechten

Deze toekomstige mens wil heel graag hard werken. Werk dat bijdraagt aan een betere wereld. Dat er dus toe doet. Werk dat ook gewaardeerd wordt. Niet alleen met veel geld, maar ook met een schouderklop en een vermoeide, maar tevreden blik in de spiegel. Daar worden we soms wat moe van. Maar ook blijer. Want we doen iets goeds.

En wellicht wordt onze wereld mooier en gezonder.

J. van der Heijden

Plan voor florerend onderwijs

Eén leerkracht maakt het verschil door impact te hebben tijdens de lessen, duizend leerkrachten dragen bij aan een cultuurverandering.

Het onderwijs leidt leerlingen op tot bevlogen, zelfstandige, flexibele en verantwoordelijke burgers en professionals. Door liefde voor leren en innoveren leveren zij een betekenisvolle bijdrage aan het werkveld waartoe zij zijn opgeleid en aan de wereld waarin wij leven.

Onderwijs heeft niet alleen kwalificatie als doel maar ook socialisatie (waarden en normen) en persoonlijke ontwikkeling van leerlingen.

Scholen bestaan uit kleinschalige, zelforganiserende leer- en leefwerkplaatsen, waar leerlingen in kleine groepen in stilte kunnen (samen)werken aan levensechte opdrachten. De opbrengst hiervan presenteren ze aan ouders, leerkrachten en andere belangstellenden. Vakken, die ook instructie en oefening behoeven, leveren een bijdrage aan deze leeropdrachten.

In het onderwijs leren we niet voor toetsen, maar toetsen we om te leren.

Op de leerwerkplaats ontdekken leerlingen dat leren en leven soms schuurt, omdat ze geconfronteerd worden met iets dat ze nog niet kunnen, maar vooral dat leren je leven kleur, zin en verdieping geeft. Omgaan met tegenslag, samenwerken, gezondheidslessen en wereldburgerschap vormen een essentieel onderdeel van het leerplan.

Alle leerlingen worden gezien en gekend en we spreken nóóit meer (maar dan ook nóóit meer) over hoger of lager opgeleid.

Leerkrachten gaan elke drie jaar een maand met sabbatical, waar ze met een eigen ontwikkelingsagenda aan de slag gaan. De uitkomsten hiervan bespreken ze in hun team van leerkrachten.

Kortom, nooit te oud om te leren!

Drie stappen:

1) Afschaffen bijzondere scholen/alleen openbaar onderwijs

2) Alle onderwijsraden omarmen ‘florerend onderwijs’ als gezamenlijke ambitie

3) Inspectie houdt waarderende audits, nadat leerkrachten bij elkaar in de keuken hebben gekeken

Voor leraar en leerling

Zij steeds het parool

Men leert voor het leven

En niet voor de school

G. Hendriks

Heel interessant stuk heb je geschreven.
Het zet zeker aan tot nadenken over het type maatschappij dat we met elkaar willen bouwen.

Als oud ondernemer, heb ik na lezing van het stuk de volgende gedachten:

Voor mensen is werk ongelofelijk belangrijk. Zeker, daar is iedereen over eens.

Tegelijkertijd worden organisaties niet opgericht om interessante arbeid te creëren. Ze bestaan omdat ze (op een winstgevende manier) een behoefte in kunnen invullen van een afnemer. De afnemer is daarbij in de meeste gevallen degene die (rücksichtslos) kiest voor de laagste prijs of beste prijs/prestatieverhouding en het meeste comfort (snelheid, gemak e. d.). Arbeid is een resultante van een bedrijfsvoering die een product of dienst op een concurrerende manier kan aanbieden binnen de wettelijke grenzen.
Organisaties zoeken steeds, gedwongen door concurrentie en aandeelhoudersbelang, de grenzen op van wat fiscaal, arbeidsrechtelijk, milieutechnisch mogelijk is.
Daarbij doen organisaties er ook alles aan om de concurrentie te beperken door waar mogelijk hun machtspositie te vergroten.

In grote lijnen geldt dit op een zelfde manier voor publieke organisaties omdat ze zoveel mogelijk willen realiseren met de beperkte middelen die ze beschikbaar worden gesteld.
(De kiezer wil geen hoge belastingen).

Kortom, de manier waarop werk uiteindelijk wordt vormgegeven, is een sluitpost, geen doelstelling.
De vraag is of dit kan en moet veranderen.

Wél is duidelijk dat de randvoorwaarden waarbinnen organisaties moeten werken aanmerkelijk moeten worden aangescherpt, waardoor er hogere eisen worden gesteld aan de kwaliteit van werk, rechtvaardigere belastingheffing, tegengaan machtsconcentratie, et cetera.
Kortom: werk aan de winkel.
Het plan kan dan een ijkpunt vormen voor deze sterkere randvoorwaarden.

Tot hier mijn overpeinzingen.


Met vriendelijke groet,

F. van Schijndel

over de financiële sector:

Dienstbaar aan de maatschappij

Dat wil zeggen dat banken en andere financiële instellingen producten en diensten aanbieden die nuttig zijn voor de maatschappij, zoals leningen aan bedrijven en individuen, woningfinancieringen, spaarproducten, beleggingsproducten voor particulieren, etc.

Het wordt financiële instellingen verboden om producten te ontwikkelen of erin te handelen die geen direct maatschappelijk nut hebben en risico verhogend zijn voor het financiële systeem, zoals opties, futures, asset-backed securities, etc.

Het zou ook kunnen dat er twee typen financiële instellingen worden gedefinieerd. Het eerste type dat de maatschappelijke nutsfunctie vervult en dus niet aan aandeelhouders verantwoording aflegt maar aan klanten en toezichthouders. Aan de andere kant financiële instellingen die risicodragende activiteiten uitvoeren en waarin aandeelhouders kunnen beleggen maar dan ook alle risico’s dragen. Deze instellingen worden nooit gered door de staat en hebben geen particuliere klanten.

Financiële instellingen met nutsfunctie mogen niet beleggen in en geen risico verhogende relatie hebben met financiële instellingen die risico dragende activiteiten uitvoeren.

Combinatie van de nutsfunctie en risicodragende activiteiten in één financiële instelling wordt verboden.

Maar ik vraag me serieus af of we het hele speculatieve en dus risicovolle deel van het financiële systeem niet gewoon moeten afbouwen en afschaffen. Het draagt niet bij aan de reële economie en aan het welzijn van de mensheid.

Inclusiviteit

Financiële instellingen hebben de plicht ervoor te zorgen dat bancaire basisproducten, zoals een bankrekening met betaalpas en electronisch betaalverkeer, een spaarrekening en (micro-) krediet beschikbaar zijn voor iedereen. Bijvoorbeeld ook voor statushouders, sexwerkers, houders van coffeeshops, mensen die onder het bestaansminimum leven, etc.

Bredere zorgplicht

Financiële instellingen moeten een bredere zorgplicht krijgen. Momenteel is die alleen gericht op klanten die beleggen en dus mensen met vermogen. De zorgplicht wordt uitgebreid naar het verantwoord lenen en ander financieel gedrag door individuen. Ze moeten individuen helpen om financiële problemen op te lossen en te voorkomen. Niet laten vallen juist op het moment dat er problemen ontstaan.

De energietransitie voluit ondersteunen

Financiële instellingen dienen honderden miljarden aan kapitaal aan te houden voor het afdekken van kredietrisico’s, verzekeringsrisico’s en voor toekomstige pensioenen. In de keuze voor hun beleggingen moeten financiële instellingen de energietransitie voluit ondersteunen en financiering afbouwen van bedrijven die vervuilend zijn en/of bij fossiele energie productie betrokken zijn.

N. Dullaart

Arbeid, werk aan de winkel (aantekeningen voor bespreking)

Motto: iedereen wil ertoe doen, en er is heel veel te doen.

Wat is er te doen:

-        Zorg (ouderenzorg, gehandicaptenzorg, kinderzorg)

-        Onderwijs

-        Milieu en energiemaatregelen

-        Wonen

(Markten werken slecht op deze terreinen, actief overheidsingrijpen in deze sectoren.)

Wie kan dat doen?

Arbeidspotentieel

-        Binnenlands: mensen met arbeidsbeperking, statushouders, meer technologie, hogere arbeidsproductiviteit, stoppen met produceren van onzinnige consumptiegoederen

-        Buitenlands: internationale arbeidsmigratie: zie ASML, andere arbeidsmigratie

Wat is er nodig?

-        Verschuiving in denken van markt/individu naar collectieve besluitvorming/bepaling van beleid (coöperaties, overheden)

-        Andere kijk op arbeid: geen ‘HRM’, maar bijdrage aan (zelf)waardering en maatschappelijk belang

-        Actief beleid op rol arbeidsbeperkten: opleiding en ondersteuning, zorgen voor menswaardig inkomen (basisinkomen, negatieve inkomen tax)

-        Verbetering en andere inrichting sociale zekerheid, niet straffen, maar stimuleren, combineren van zorg en inkomen.

-        Andere kijk op migratie: actief beleid op instroom en scholing, snelle toegang tot arbeidsmarkt

-        Belasting op vervuiling en kapitaal/vermogen ipv op (arbeids)inkomen

Wie gaat dat organiseren?

-        Maatschappelijke ondernemingen

-        Coöperaties (commons)

-        Overheden

Hoop

Hoop is ergens voor werken
omdat het goed is,
niet omdat het kans van slagen heeft.

Hoop is niet hetzelfde als optimisme
evenmin de overtuiging
dat iets goed zal aflopen.
Wel de zekerheid dat iets zinvol is
afgezien van de afloop,
het resultaat.

G. van Schijndel

Plan voor de Zorg

Naar een veerkrachtige en mensgerichte gezondheidszorg

Het zorglandschap verandert voortdurend, door technologische vooruitgang, demografische veranderingen (personeelstekorten) en de behoeften van een vergrijzende bevolking. Om te kunnen voldoen aan de uitdagingen van de toekomst, is het essentieel om een zorgsysteem te ontwikkelen dat veerkrachtig, innovatief en mensgericht is.

I. Preventie en gezondheidsbevordering

Het vergroten van het bewustzijn en begrip van gezondheidskwesties onder de bevolking is cruciaal. Investeren in gezondheidseducatieprogramma’s op scholen helpt mensen om gezondere keuzes te maken en ziekten te voorkomen. Het verschuiven van de focus van ziektebehandeling naar het bevorderen van welzijn en preventie is van vitaal belang. Er is aandacht nodig voor factoren die gezondheid ondermijnen, zoals milieuverontreiniging, voorkomen van zoönosen, armoede en bestaansonzekerheid.

II. Persoonsgerichte, passende zorg

De zorg van de toekomst moet gebaseerd zijn op ethische richtlijnen en waarden. Dit omvat het waarborgen van privacy en gegevensbeveiliging, het bevorderen van solidariteit, gelijke toegang tot zorg en het betrekken van patiënten bij besluitvormingsprocessen, zoals Samen Beslissen. Behandelingen zijn evidence based of worden anders niet vergoed.

III. Technologie als drijvende kracht

Zorginstellingen moeten investeren in geavanceerde datasystemen om besluitvorming op basis van feiten te bevorderen. Dit omvat het stroomlijnen van elektronische patiëntendossiers tussen instellingen, het benutten van kunstmatige intelligentie voor het voorspellen van ziekten en het verbeteren van behandelingsmethoden. Het integreren van telezorg- en e-healthoplossingen in de zorg biedt mogelijkheden voor efficiëntie en toegankelijkheid. Denk aan het gebruik van virtuele consulten en remote monitoring van patiënten.

Vier stappen:

1)    Werk maken van de plannen die er al liggen, zoals Integraal Zorg Akkoord (sept. 2022)

2)    Marktwerking uit de zorg halen/keren van verdere tweedeling

3)    Huisartsenzorg dichtbij huis moet blijven

4)    Overigens ben ik van mening dat artsen in loondienst moeten

G. Hendriks (nogmaals)

Over Technologie

Wetgeving

·     interessant na decennia van liberalisering

·     wet kan altijd weer gewijzigd (voorbeeld Groningen)

·     overheid die zich niet aan eigen wetten houdt! (stikstof/pulsvissen)

ICT is overal. (GPS, smartphone)

We zijn er allemaal van afhankelijk.

Niet bang voor zijn.

Asscher bang voor robotica. 2014

https://tweakers.net/nieuws/98743/minister-asscher-vreest-gevolgen-oprukkende-robotica-voor-werkgelegenheid.html

(Inmiddels taskforce)

Banen verdwijnen nier, maar er komen andere.

Nu ook weer: hype AI (ChatGPT/Open AI)

ICT is gereedschap, geen doel op zich.

Al oude systemen moeten wel onderhouden worden. Het gaat niet vanzelf.

Wordt vaak als vanzelfsprekend aangenomen, totdat het uitvalt………

Op de achtergrond → vaak te weinig geld voor.

Steeds complexer, in de loop der jaren……

Of verouderd → dingen kunnen niet (suikertax)

Pa midden jaren 90 trots

Mislukte projecten of kosten rijzen de pan uit (Belastingdienst/ digitalisering justitie)

https://www.agconnect.nl/artikel/de-staat-van-de-10-duurste-it-projecten-van-de-overheid-nummer-1-2

Afhankelijkheid!

Kleine storing → ziekenhuis plat

Hack: Hof van Twente → gemeente plat, ALLE ICT vervangen

Het internet is kapot. Marleen Stikker/ De Waag

Idealistisch begonnen tussen universiteiten

Nu afhankelijk van de grote techreuzen (de Big 5)

Google, Apple, Microsoft. Facebook/Meta, Amazon

NIEUW: China, TikTok

Europa: onafhankelijk! Meer zelfstandig zijn!

GPS (Amerikaans) <> Galileo (EU), nieuwer en preciezer dan GPS

AVG!!! Voorbeeld privacywetgeving voor hele wereld

Gegevens in EU bewaren!

Digital Services Act: strengere regels voor techreuzen

Maar ook bijvoorbeeld uitwisselbaarheid (WhatsApp/Signal/Telegram)

E-mail wel uitwisselbaarheid

Modereren van alle ellende op Twitter

Niet doorslaan: voorstel alle berichtjes van WhatsApp etc. scannen op kinderporno (briefgeheim!)

Kortom:

·     ICT is here to stay!

·     Werk verandert maar niet direct banen verloren → verschuiving en aan de andere kant arbeidstekort!

·     Regulering en handhaving!

B. Fetter

Reacties en ideeën (1)